Aan het begin van de beleidsperiode neemt de raad een huishoudelijk reglement aan, waarin zijn werking verder wordt verduidelijkt. Bepaalde verplichtingen en keuzemogelijkheden volgen uit het decreet lokaal bestuur, andere zijn vrije keuze van de raad. De raad nam op 19 december 2024 het huishoudelijk reglement aan dat tijdens de vorige bestuursperiode werd uitgewerkt en dat gebaseerd was op het ontwerpreglement van de VVSG en de vroegere reglementen van de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn, op 19 mei 2022 nog aangevuld met een passage over digitaal en hybride vergaderen, en op 28 november 2024 met een passage over digitaal stemmen.
De raad vroeg de algemeen directeur daarbij om binnen het half jaar overleg te organiseren met de verschillende fracties van de raad, om daarna een - al dan niet bijgestuurde - versie van het huishoudelijk reglement ter goedkeuring voor te leggen. Het overleg vond plaats op 5 juni 2025.
Tijdens een overleg met de fracties op 5 juni 2025 werd een aantal aanpassingen besproken:
Waar in de tekst twee kolommen voorkomen, betreft de tekst die wordt goedgekeurd als huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn telkens enkel de rechtse kolom, met opschrift 'huishoudelijk reglement raad voor maatschappelijk welzijn'.
De heer Hans Luyckx, voorzitter van de raad, geeft toelichting bij dit agendapunt.
Artikel 38 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 bepaalt dat de gemeenteraad bij de aanvang van de zittingsperiode een huishoudelijk reglement vaststelt waarin aanvullende maatregelen worden opgenomen voor de werking van de raad en waarin minstens bepalingen worden opgenomen over:
1° de vergaderingen waarvoor presentiegeld wordt verleend, het bedrag van het presentiegeld en de nadere regels voor de eventuele terugbetaling van specifieke kosten die verband houden met de uitoefening van het mandaat van gemeenteraadslid of lid van het college van burgemeester en schepenen;
2° de wijze van verzending van de oproeping en de terbeschikkingstelling van het dossier aan de gemeenteraadsleden, alsook de wijze waarop de algemeen directeur of de door hem aangewezen personeelsleden, aan de raadsleden die erom verzoeken, technische inlichtingen verstrekken over die stukken;
3° de wijze waarop de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda van de vergaderingen van de gemeenteraad openbaar worden gemaakt;
4° de voorwaarden voor het inzagerecht en het recht van afschrift voor gemeenteraadsleden en de voorwaarden voor het bezoekrecht aan de instellingen en diensten die de gemeente opricht en beheert;
5° de voorwaarden waaronder de gemeenteraadsleden hun recht uitoefenen om aan de burgemeester en aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen;
6° de wijze van notulering en de wijze waarop de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering ter beschikking worden gesteld van de gemeenteraadsleden;
7° de nadere regels voor de samenstelling en de werking van de commissies en de fracties;
8° de wijze waarop en de persoon door wie de stukken van de gemeente, vermeld in artikel 279, worden ondertekend;
9° ...
10° de wijze van het ter kennis brengen van de beslissingen, vermeld in artikel 50, vijfde lid;
11° de keuze om digitaal of hybride te vergaderen en de wijze waarop;
12° de uitzonderlijke omstandigheden waaronder de gemeenteraad digitaal kan vergaderen, als het huishoudelijk reglement de mogelijkheid van digitaal vergaderen opneemt;
13° de uitzonderlijke omstandigheden waaronder de gemeenteraad hybride kan vergaderen, als het huishoudelijk reglement de mogelijkheid van hybride vergaderen opneemt.
Ook op verschillende andere plaatsen verwijst het decreet lokaal bestuur naar de verplichting of mogelijkheid zaken op te nemen in het huishoudelijk reglement van de raad.
Artikel 74 van het decreet lokaal bestuur bepaalt dat artikels 18 tot en met 39 ook van toepassing zijn voor de raad voor maatschappelijk welzijn, waarbij weliswaar de organen van de gemeente gelezen moeten worden als de organen van het OCMW.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurde op 19 december 2024 het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn goed en vroeg het binnen het half jaar te evalueren en opnieuw te agenderen op de raad.
Het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, toegevoegd als bijlage bij dit besluit, wordt goedgekeurd. Waar in de tekst twee kolommen voorkomen, betreft de tekst die wordt goedgekeurd als huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn telkens enkel de rechtse kolom, met opschrift 'huishoudelijk reglement raad voor maatschappelijk welzijn'.
Artikel 2
Het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn, goedgekeurd op 19 december 2024, wordt opgeheven.